IHC verwelkomt nieuw bestuurlid René Laurens

Allereerst wil ik zeggen dat ik het erg leuk vind om te toe te treden tot het bestuur van het Indisch Herinneringscentrum. Maar het is niet alleen leuk; het is ook een eer én het bevestigt een verbondenheid met veel mensen in Nederland die hun bakermat hebben in het toenmalige Nederlands-Indië. Zoals bij velen van u het geval zal zijn, heb ik Indische “roots” en die maken toch dat je je direct betrokken voelt bij het werk van het IHC!

Mijn Indische roots liggen op Saparoea (dicht bij Ambon), waar mijn grootvader vandaan komt. Opa diende in het KNIL en hij is in april/mei 1951, zoals veel Molukse KNIL-militairen, met zijn gezin overgebracht naar Nederland. Daar heeft de familie nog jaren gewoond in de woonoorden “de Schaffelaar” en later “de Biezen” bij Barneveld. Na het verlaten van die woonoorden is de Molukse gemeenschap opgegaan in de lokale samenleving: Barneveld, Voorthuizen en omgeving.  

Veel van mijn familieleden zijn blijven wonen in de regio Barneveld. Mijn vader is echter na zijn huwelijk gaan wonen en werken in Baarn en een paar jaar later zijn we verhuisd naar Meppel. Mijn broertje en ik waren in Meppel op de kleuterschool bezienswaardigheden, met onze vreemde huidskleur…

Meppel lag toen toch wel ver van Barneveld, en daarmee was ons gezin toch wat verwijderd van de directe Molukse invloedssfeer. Dagelijks stonden er bij ons aardappels, groenten en vlees op tafel - slechts bij uitzondering werd er nasi gegeten - en in huis werd geen woord Maleis gesproken. Het was voor ons, de kinderen Laurens, dan ook telkens een vreemde gewaarwording dat bij de regelmatige familiebezoekjes aan ooms en tantes in Barneveld daar alleen maar Indisch werd gegeten en (bijna) alleen maar Maleis werd gesproken…

Na de middelbare school heb ik vanuit Meppel de reis ondernomen naar het verre Den Helder, om daar als adelborst in dienst te treden bij de Koninklijke marine. Een prachtige wereld, die marine, waarin ik 39 jaar met heel veel plezier heb gewerkt. Het is fantastisch hoeveel theoretische en praktische dingen je in korte tijd leert en hoeveel verantwoordelijkheden je soms al op jeugdige leeftijd krijgt. Ik ben opgeleid tot officier logistieke dienst en heb als “logistiekeling” op een aantal schepen gevaren. Daarnaast heb ik van de marine de kans gekregen om rechten te studeren en boeiende functies te vervullen als marinejurist. In mijn laatste functie ben ik militair lid geweest in het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. In augustus vorig jaar heb ik de marine met leeftijdsontslag verlaten. Aan de ene kant jammer - het waren 39 prachtige jaren en ik had er best nog een paar jaar aan vast willen knopen -  aan de andere kant goed, want ook bij de marine heeft de jeugd de toekomst.

Overigens - maar dat terzijde - het werken bij de marine is goed als je van Indisch eten houdt en het vergroot ook je woordenschat Maleis! 

De met het leeftijdsontslag vrijgekomen tijd wordt gevuld met een verschuiving in de huishoudelijke activiteiten (mijn echtgenote werkt nog..), met sporten (tennis, golf) en verder heb ik regelmatig als raadsheer-plaatsvervanger zitting in het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.    

En daar komt nu het IHC dus bij. Ik hoop een bijdrage te kunnen leveren aan het verwezenlijken van de doelstellingen van het IHC: het bij de (jonge) mensen in Nederland levend houden van de herinnering aan en de betekenis van de Tweede Wereldoorlog en de gevolgen daarvan in Nederlands-Indië. Dat zijn belangrijke taken, die worden verricht door enthousiaste mensen: directie, medewerkers, vrijwilligers, stagiaires en bestuur. Ik hoor daar graag bij!